Op de tweede donderdag na Pinksteren viert de katholieke kerk Sacramentsdag. Dat liturgisch feest ging vroeger gepaard met een plechtige openbare processie. Ik verwijs hierbij graag naar het mooie artikel van Leo Pée en Aimé Stroobants over processietradities en attributen in de O.L.V.- kerk van Dendermonde in een vorige editie van het parochieblad van Dendermonde, dat tevens een tentoonstelling aankondigt die vanaf 1 juni tot 30 september in deze kerk loopt.
PROCESSIE

Bloei en neergang

Als tiener maakte ik het nog mee dat we in de fanfare vooroplopend in de processie, plechtig klinkende, trage marsmuziek speelden. De priester, onder een baldakijn, omgeven door een groep notabelen met een flambeeuw in de hand,  droeg de Heilige Hostie in een monstrans voor zich uit. De dorpsstraten waren met bloemen bestrooid en overal knielden de mensen terwijl de plechtige stoet voorbij trok. Het gezongen tantum ergo in de kerk was het hoogtepunt van een dag waar heel het dorp zich bij betrokken voelde.

Ik ben nu 63 en maakte het onlangs mee dat een pastorale helpster van een zorginstelling goedbedoeld de heilige hosties uit het tabernakel, na een liturgische stilstand van meer dan een jaar, in de vuilnisbak gooide omdat deze volgens haar muf waren geworden.

De neergang begon reeds in mijn tienerjaren toen we als jongeren zelf aanvoelden dat de eerbied voor het hele gebeuren begon te deemsteren. Zo herinner ik me die dronkenlap, komend uit een café waar de stoet voorbij trok , die begon te schelden. Ook levendig in mijn geheugen, die gefrustreerde automobilist die luid toeterend voorbij scheurde, de beatmuziek in zijn auto met open venster keihard, om zijn frustratie voor het oponthoud tot uitdrukking te brengen. Het jaar nadien ging de processie nog enkel in de kerk door. Het geloof was van dan af richting privé  aan het evolueren.

Het Heilig Brood was voor velen niets meer dan een stukje brood geworden.

Een lange traditie

Het is pas vanaf de dertiende eeuw dat het sacrament van de eucharistie steeds centraler kwam te staan in de godsdienstige beleving van de westerse christenheid.

Toen ontwikkelde zich ook een theologie over de werkelijke tegenwoordigheid van Christus meer bepaald rond de woorden van Christus ‘ dit is Mijn Lichaam ‘ die de priester tijdens de consecratie uitspreekt. Een geseculariseerde versie van het ‘ hoc est corpus meum ‘ dook weldra op in de woorden van de goochelaar toen hij bij het ‘ hocus pocus pats ‘ uit zijn hoed een duif tevoorschijn toverde.

Het onmogelijke proberen uit te leggen

Het was Thomas van Aquino (+ 1274 ) die de leer van de transsubstantiatie- de verandering van brood en wijn die  volgens de katholieke leer in de eucharistie plaatsvindt -  op punt stelde: Al blijven brood en wijn onveranderlijk voor de menselijke waarneming ( de verschijningsvorm ) wat wel verandert is de substantie ( het wezen, de essentie van het brood en de wijn ). Het ging hier dus niet zozeer om een betoog dát Christus aanwezig komt als wel om uit te leggen op welke manier Hij dat doet. Omdat dit voor de gewone gelovige moeilijk uit te leggen was ontstonden allerlei legenden ( o.m. bloedende hosties ) die de eerbied voor dit wondere gebeuren moest opwekken. Hierbij werd de nadruk gelegd op het geloof en niet zozeer op het verstaan van het mysterie.  “ Kan ’t verstand zo hoog niet reiken, Heer maak ons geloof dan groot “ (Tantum Ergo). 

De eucharistie werd vanaf dan hét sacrament der sacramenten genoemd omdat het als enige onder de 7 Christus zelf bevat. Het ontvangen van de heilige hostie, in een staat van genade, werd toen als onontbeerlijk geacht om het eeuwig heil te verwerven. “ Wie Mijn vlees niet eet heeft het leven niet in zich “ ( Johannes 6).

De begijntjes als bruiden van Christus

Tegelijk met het theologisch luik ontstond toen een mystieke stroming waarbij de kern - het zich verenigen met Christus – terug ging op de bruidsmystiek van het Hooglied. Christus in de Heilige Hostie verenigt zich in de eucharistie met zijn bruid, de kerk. Het was Bernardus van Clairvaux ( + 1153 ) die de grote aanvoerder van deze stroming was. Onder meer de begijnen in de lage landen  verenigden zich rond deze bruidssymboliek.

Het was de Luikse mystica Juliana van Cornillon die op vraag van Christus zelf, er bij de paus van toen, na lang aarzelen, op aandrong om een feest er ere van het heilig sacrament aan de liturgische kalender toe te voegen, wat ook gebeurde in het jaar 1264.

Tot zover een stuk geschiedenis rond dit feest.

 

Wat blijft ook zonder processie

Van blijvende waarde, naast de reële en blijvende  tegenwoordigheid van Christus in het hostiebrood na de consecratie en elevatie door de priester, is  de symbolische betekenis van het sacrament.

Het uitreiken van de communie drukt het verlangen van Jezus uit zich gans aan ons te geven in de hoop dat wij ons gans aan Hem geven. “ Liefde is alles geven en zichzelf erbij “ ( Theresia van Lisieux ). Wat hier in één ogenblik gebeurt, is  voor elke oprechte gelovige een levensopdracht.

Zoals een koppel meer en meer naar of uit elkaar groeit in de kleine dagelijkse beslissingen, zo kunnen wij als gelovigen  ook meer en meer  die vriendschap met Jezus in geloof verdiepen en verinnigen in gebed, dienstbaarheid, in zelfvergetelheid.   In een vorig artikel vermeldde ik al dat Ruusbroec onderscheid maakt tussen trouwe dienaren ( christenen die tevreden zijn met een goed geweten, wiens streven vooral ligt in de actie ) en geheime vrienden ( christenen die naast de diaconie ook zeer gehecht zijn aan die verborgen band met Christus in henzelf ). Zo kunnen ook wij vandaag vrij kiezen voor een radicale vriendschap met Jezus. De Heer zelf verlangt daar naar!

In onze nieuwe parochie bieden wij aan zulke christenen de gelegenheid om elke donderdag binnen een vespergebed een 20-tal minuten aanbidding te houden. Dit van half acht tot kwart na acht in de OLV kerk van Dendermonde. Hartelijk welkom!

Het feest van Sacramentsdag benadrukt tevens ook de unieke en onvervangbare waarde van de priester die in elke eucharistieviering Christus steeds opnieuw tegenwoordig brengt en ons in de communie uitnodigt ons met Hem te verenigen, in de hoop dat ook wij vandaag Zijn menswording verder zetten en in ons dagelijks leven laten oplichten voor onze tijdgenoten.

“ Als ge  in Mij blijft en ik in U, dan draagt ge veel vrucht, want los van Mij kunt gij niets “ ( Johannesevangelie).

 

Walter Van der Meulen. 

Medepastoor.

Zoeken

Dekenaal nieuws